De haan kraaide

Zacheüs ziet hoe de soldaten Jezus meenemen, terug naar Jeruzalem. Eén leerling is meegelopen, hij loopt vlakbij Jezus. Zacheüs hoort dat Jezus zegt: "Petrus, nu loop je met me mee, alsof je mijn meest trouwe leerling bent. Maar ik zeg je, nog voor de haan morgenochtend kan kraaien, heb jij al drie keer gezegd dat je mij niet kent."
Ze lopen door de poort Jeruzalem binnen. Regelrecht naar het huis van de hogepriester. De soldaten brengen Jezus daar naar binnen. Even later komen ze, zonder hem, naar buiten. Ze gaan op het plein zitten en maken een vuur. Petrus gaat erbij zitten en Zacheüs schuift ook stilletjes aan. Eén van de soldaten zegt: "Ik heb horen zeggen, dat hij de koning van de Joden is." Een andere soldaat antwoordt: "Dat is natuurlijk van de zotte, want we hebben koning Herodes al!" "Precies, bovendien is hij een onruststoker." Zacheüs schuift wat dichterbij en vertelt over de geldwisselaars en handelaren in de tempel. "Een onruststoker, dat zei ik toch?" "Heb je trouwens gehoord, dat ze de moordenaar van Jesse hebben gepakt?" "Ja, Barrabas heeft het gedaan toch?" Petrus durft ondertussen ook mee te praten, nu het niet meer over Jezus gaat. "Ze zeggen dat Pontius Pilatus morgen iemand gaat vrijlaten." "Ja nogal wiedes, dat doet hij elk jaar met Pesach." "Jij bent zeker niet van hier, als dat nieuws voor je is?" "Nee joh, hij is er ook één van Jezus." Zacheüs ziet Petrus angstig wegkijken. "Hoe kom je daar nou bij?" "Nou ik kan toch duidelijk horen dat jij ook uit Galilea komt." Petrus schudt beslist zijn hoofd. "Ach wat is dat nou weer voor onzin?!" Dan zegt Zacheüs: "Ik heb het zelf gezien. Jij was met Jezus in de tuin daarboven." Maar Petrus blijft het ontkennen. "Ik heb die man nog nooit ontmoet."

Zacheüs hoort in de verte een haan kraaien. In gedachten hoort hij wat Jezus tegen Petrus zei: 'nog voor de haan morgenochtend kan kraaien, heb jij al drie keer gezegd dat je mij niet kent.' Hij kijkt naar Petrus, die hoort de haan ook. Dan staat Petrus op. Zacheüs ziet een traan over zijn wang rollen terwijl Petrus wegloopt.


Opzoeken in de Bijbel: Lucas 22:54-62
(lengte verhaal: 362 woorden)

Suggestie voor een verwerking:
Voorbereiding: De basis waar we mee beginnen is het kruis, het kruis waaraan Jezus stierf, het kruis dat niet het einde bleek, maar een heel nieuw begin. Daarom gebruiken we al bij aanvang een vrolijk kruis. (houten kruisje versierd met crepepapier en wat nog meer mooi is)
Opdracht: Met het Palmpasenkruis vertellen we het hele paasverhaal. Petrus zegt niet bij Jezus te horen, hem zelfs niet te kennen, dan kraait de haan. (knip en kleur een haan-kleurplaat)
Doel: Visualisatie van het verhaal
Meer info: filmpje