Ruth en Naomi nemen huilend afscheid van Orpa. Zij kiest ervoor toch maar terug te gaan naar haar ouders. Naomi geeft Ruth een zetje. "Toe maar. Wat moet je in een vreemd land, zonder man, zonder toekomst?" Ruth schudt vastberaden haar hoofd. "Ik hoor bij jou. Jouw volk, is mijn volk. Jouw God, is mijn God." Dan knikt Naomi. "Goed, laten we dan maar verderlopen." Ruth pakt hun bezittingen op en samen lopen ze verder. Naomi zingt zachtjes: "Ik sla mijn ogen op en zie, de hoge bergen aan, waar komt mijn hulp vandaan..." "Wat mooi," zegt Ruth als het lied klaar is. Naomi glimlacht. "Het is een psalm. Er zijn wel honderdvijftig psalmen. Ik ken ze heus niet allemaal uit mijn hoofd, hoor. Maar wel veel, omdat ik ze zo mooi vind." Ruth kijkt nadenkend. "Gaan ze allemaal over een trouwe God, die je beschermt?" Naomi schudt nadenkend haar hoofd. "Nee, zeker niet. Sommige zijn heel fijn om te zingen als je boos bent, deze bijvoorbeeld: 'Mijn bonzend hart werd binnenin mij heet en smeuld' als een verborgen vuur...' En mijn lievelingspsalm is toch wel die over de schepping: 'Zie de zon, zie de maan ... Heer, hoe heerlijk is Uw naam'" Neuriënd lopen ze verder. Ruth staat stil, ze kijkt verdrietig achterom. "Soms mis ik mijn man zo verschrikkelijk. Dan kan ik niet echt zingen van 'Hoe heerlijk is uw naam'. Ik zou God eerder willen vragen: 'waarom?!' Maar dat is onbeleefd, toch?" Naomi slaat een arm om de schouders van Ruth. "Zelfs daar is psalm voor. 'Hoor mij, Heer, wil antwoord zenden, zie mijn bittere ellende...'" Opgelucht loopt Ruth verder, samen met Naomi.
Ruth wijst naar een herder met zijn kudde. Naomi begint te zingen: "Mijn God, mijn herder zorgt voor mij..." Al zingend lopen ze verder. Het wordt al laat, maar gelukkig zien ze Bethlehem in de verte liggen. Dan zingt Naomi: "Als God ons thuisbrengt uit onze ballingschap, dat zal een droom zijn..." Ruth kijkt naar haar. De blijdschap en opluchting, zijn van haar gezicht af te lezen.
In Bethlehem vinden ze een klein huisje. Ruth is naar de akkers, om te kijken of er misschien wat aren zijn blijven liggen na de oogst. Naomi zit gordijntjes te haken. Ze zingt zachtjes voor zich uit: "Laat mij als een kleine vogel, schuilen mogen..."
Opzoeken in de Bijbel: Ruth 1:14 tot 2:3 en verschillende regels uit de berijmde psalmen
Liedjes: Psalm 121:1 & Psalm 39:2 & Psalm 8b & Psalm 86:1 & Psalm 23c & Psalm 126a refrein & Psalm 61:3
(lengte verhaal: 388 woorden)
Suggestie voor een verwerking:
Voorbereiding: Print de tekst uit, of schrijf het op het bord.
Opdracht: Zing samen een vrolijk lied en bedenk bewegingen erbij. Bijvoorbeeld 'als een lamp voor onze voeten' naar psalm 119 vers 105 van Mar van der Velden
Doel: Ontdekken dat psalmen fijne liederen zijn om samen te zingen.
Extra aanwijzingen: filmpje
Meer info: downloadlink